ArjanPlaisier1Het appel

Het Oecumenisch Katholiek Appel stelt de vraag aan de kerken of zij leeft vanuit een katholieke grondhouding. Het katholieke wordt gekenmerkt door het overal, altijd en allen.

Ook vraagt zij de kerken terug te keren naar Schrift, belijdenis en episkope in hun onderlinge verbondenheid als instrumenten van deze katholiciteit. Van mij wordt geen wetenschappelijk of apologetisch betoog verwacht, maar een zelfkritische reflectie. Dat wil ik zeker, maar veroorloof me enige inleidende opmerkingen, zo plompverloren kan ik nu ook niet op de vragen antwoorden en de reflectie plegen. 

Ik ben blij dat we niet pas vandaag met een dergelijk appel te maken hebben. De oecumene kent een lange traditie en er is ook veel gewonnen in deze geschiedenis. Twee keer is er een krachtig appel uitgegaan aan de kerken: die van de wereldwijde zending en die van de wereldoorlog. Dat was twee keer een appel dat zijn weerga niet kende, met de nodige druk van boven. De bliksem moest ervoor flitsen van het ene einde van de wereld tot het andere, en weer een andere bliksem moest flitsen aan de kimmen. Dan gebeurt er wat op aarde, dan gebeurt er wat met de kerk. Oecumene is niet een of ander leuk speeltje van mensen, maar heeft met de hand van God te maken. Die hand zal blijven werken. Ik ben niet zo pessimistisch over de oecumene. Er zal ook in deze eeuw aan ons kerkelijk leven geschud worden. Ineens blijken dan de muren niet veel meer te betekenen en waait de Geest met kracht door de gewelven. Veel kerkelijke cultuur blijkt vandaag de dag ineens gedateerd en heeft dan ook zijn tijd gehad, ook als die nog krampachtig in stand wordt gehouden. 

In de tweede plaats erken ik ten volle de betekenis van het katholieke, het algemene, de eenheid. Dat heeft, en daarin stem ik in met het manifest, met God zelf te maken zoals Hij in Jezus Christus is verschenen. Het is de daad van God ‘om alles in de hemel en op de aarde onder één hoofd bijeen te brengen, onder Christus’ (Ef. 1:10) die katholiek is. Jezus Christus is gekomen. God heeft alles onder één hoofd gebracht. Onder dit hoofd is eenheid, de eenheid van de liefde, genade en vrede van God.

Het katholieke appel is een terecht appel om in deze eenheid te blijven, en daar steeds naar terug te keren. Daarbij helpen de woorden altijd, overal en allen. Er is immers gevaar om sektarisch te worden. De wereld is sektarisch, de kerk is katholiek. De wereld kan niet anders dan sektarisch zijn, hoe universeel er ook gedacht wordt en hoe globalistisch er ook gehandeld wordt. Het echte fundament van de eenheid ontbreekt. Het is hooguit broddelwerk, pappen en nathouden, en dat is dan nog maar het beste ook. Vaak wordt de hand overspeelt, en krijgen we uitstulpingen van eenheidsrijken of ideologieën, maar dat is geen eenheid, dat is terreur. De enige eenheid die houdt is er een die ons wordt geschonken, die een vrije gave van God is. Het is de eenheid van de liefde, gebaseerd op het offer van de liefde en de overgave. Dat brengt samen, al het andere drijft uit elkaar. Het is de Geest van Christus die bij machte is om wat uit elkaar valt bijeen te brengen in een vrede die geen product is van menselijk werk, maar gave van God.

Kerk is daar waar Christus doorwerkt met zijn Geest en waar mensen zich door deze Geest laten inpalmen. Christus is niet een idee, hij is een daad van God, een offergave, de gekruisigde en opgestane Heer. Kerk is waar de liefde van Christus doorwerkt. Dat gebeurt door de verkondiging en de daaraan verbonden sacramenten. Daar hoort nu de trits Schrift, credo en episkopè bij. Die zijn nodig, hoewel niet heilsnoodzakelijk. Maar zonder deze drie raakt Christus uit het zicht. Want er is de zuigkracht om over te schakelen op iets anders. Zonder deze drie drijven we gemakkelijk af van de daad van God, de offerdaad van Christus, en houden we een idee over waar we zelf mee aan de haal gaan. De eenheid van Christus is ons allen vreemd en daarom zijn er ook wel krachtige middelen nodig, die met deze drie gegeven zijn. Waar ze ontbreken, dreigen we van Christus af te vallen en daarmee de eenheid te verliezen.

Zoals gezegd, om de katholiciteit van de kerk, die ze heeft in Christus te verwoorden, komen woorden als overal, altijd en allen als hulpwoorden naar voren. Ze zijn niet sacrosant, maar ze helpen om het blijven in Christus te benoemen en te beleven. Overal, want Christus is een lokale legende. Altijd, want Christus is geen tijdsverschijnsel. Allen, want Christus is geen groepsidool. We moeten oppassen met deze woorden zelf meer te willen doen dan ze hulplijnen te laten zijn. God zal zelf voor zijn kerk zorgen. Christus werkt door op vaak wonderlijke wijze. Deze woorden zijn er niet voor om door een commissie bewaakt te worden, ze waaien mee in de vliegende vaandels van het evangelie van Christus. We zijn geen globalisten, traditionalisten of universalisten. We zijn christenen. Maar toch: ze zijn signalen die we serieus moeten nemen. Ik wil nu nader op ze ingaan.

Overal

Geen lokale legende. Wie over Christus spreekt, zal groot moeten leren denken. God heeft Christus bestemd voor de hele wereld. De kerk is ook verspreid over de hele wereld. Ze is lokaal, zeker, ze zweeft niet, maar vanwege haar verbondenheid met Christus is ze verbonden met het wereldwijde lichaam van Christus. Als God alles onder één Hoofd bijeenbrengt, kunnen de leden niet net doen alsof zij lokaal het lichaam zijn. In dat opzicht is de kerk katholiek en dient ze katholiek te zijn. Concreet betekent dit, dat ze voor wat betreft haar kerkelijk leven, zich niet kan opsluiten in zichzelf. Christus is wel déze Christus die hier en nu beleden wordt, maar Hij valt niet op te eisen door één kerk en dus ook niet door één kerkgenootschap.

Ik vind dat de Protestantse Kerk als ‘gestalte van de ene heilige apostolische en katholieke of algemene christelijke Kerk’ krachtens haar eigen kerkorde niet anders kan dan zich open te stellen voor andere kerken en christenen. Het gaat niet om de Protestantse Kerk, het gaat om de kerk. Die zijn we niet alleen. Wat ons betreft zitten we morgen om de tafel met de kerken die als afsplitsingen van de voorlopers van de Protestantse Kerk kunnen worden beschouwd, om tot kerkelijke eenheid te komen. Ik hoop dat de Protestantse Kerk in haar huidige vorm niet heel ver de 21e eeuw in zal komen. Waar bewegingen ontstaan die het onderlinge geloofsgesprek willen bevorderen, willen we hier actief aan bijdragen. Daarom ben ik blij met de oprichting van het Nederlands Christelijk Forum. Naast de Raad van Kerken kan deze een belangrijke rol spelen in kerkelijk Nederland.

Overal wil zeggen dat we niet provinciaal moeten zijn. We voelen ons ruim denkende verlichtingschristenen en isoleren ons van de wereldkerk. We willen best onze lokale christelijke waarden uitdragen naar verre landen, maar sluiten ons af voor de stem van de kerk van verre landen. Zeker wanneer die verre landen in Pinkstertaal spreekt. Of wanneer ze dichtbij komen in de gestalte van Migrantenkerken. Het is niet geloofwaardig wanneer we het overal belijden en intussen, misschien wel op grond van min of meer hoogkerkelijke sympathieën ons afsluiten voor een kwart van de christenheid.

Altijd

Altijd ziet op traditie, op de continuïteit met het apostolische getuigenis. We mogen geloven dat God de kerk niet los heeft gelaten in de eeuwen na de opstanding van Christus en de uitstorting van de Heilige Geest. De kerk is het enige lichaam dat echt geschiedenis kent. In de kerk komen we in een hoge ruimte van de eeuwen tegen. De kerk is echt democratisch want daar spreekt het voorgeslacht mee. Ook daarom is de kerk nooit helemaal van de eigen tijd. De kerk die katholiek is, is van alle tijden, en daarom niet helemaal van de eigen tijd. Gelukkig maar, want als je als mens alleen maar met je eigen tijd getrouwd bent, ben je morgen de weduwe ervan. We zullen nog hard een instituut nodig hebt waarin de adem van de eeuwen voelbaar is.

Altijd heeft te maken met de inhoud van geloof en de wijze van leven, met de kerkelijke traditie en de continuïteit daarin. Hoe zit het met dit ‘altijd’ als het gaat om de geloofspraktijk van een protestantse kerk? Deze kerk is, het valt niet te ontkennen, ook een breuk. Ik geloof dat Gods werk ook breuken kent, dat God niet een conservator is en dat er soms weer over de eeuwen heen een vonk springt van het apostolische getuigenis. Duur alleen is geen argument en traditie evenmin. De sprong van Petrus naar Paulus was ook niet gering. Een groot accent op apostolische successie zoekt mijns inziens de continuïteit teveel in het menselijk handgebaar. God kan zo nodig uit stenen christenen maken. Er is soms hogere continuïteit. Dat mag echter geen reden zijn om maar te breken en het mag al helemaal geen reden zijn om te menen dat God oude takken heeft weggebroken om nieuwe takken in te planten. En ook al worden er oude takken afgebroken, niet de tak draagt de boom, maar de boom de tak. En daarom dient het Protestantisme zich te verantwoorden, en kan in concreto geen Protestantse Kerk zijn zonder het gesprek met Rome. Dat kan op basis van 15 eeuwen gedeelde kerkgeschiedenis. Protestanten hebben teveel kerkje gespeeld, alsof God vooral van breuken houdt. De kerkscheuring in de 16e eeuw is een ramp en er is veel rampspoed van uitgegaan. De Katholieke kerk zijn we aan twee kanten, aan die van Rome en die van Reformatie, kwijt geraakt. Het is niet katholiek om de katholiciteit aan één van beide kanten te claimen Rome is het ook niet, zij is te Rooms. Maar de Protestanten zijn het ook niet, ze zijn te protestants.

Momenteel beleven we niet altijd gelukkige tijden met elkaar, een gedeelde avondmaalsviering zit er nu niet in. Dat is frustrerend, maar het is wat mij betreft geen goede zaak mokkend in een protestants hoekje te gaan zitten. Hoe zit het eigenlijk met onze avondmaalsviering? Hoe serieus hebben we de gemeenschappelijke vieringen eigenlijk zelf genomen, en hoeveel drang zat er achter om werkelijk tot eenheid te komen? En buiten dat: onze Protestantse Kerk zal zich door Rome de vraag moeten laten stellen in hoeverre we niet schrijnend de persoonlijke gezagsdrager missen en een raar soort allergie voor gezag hebben ontwikkeld. Hoe zit het dan met het gezag van Christus? Valt dat samen met dat van ons geweten of met de lokale kerkenraad? Dat is wel erg smal. In hoeverre zijn we niet plat, plat protestants met onze al te leer- en strijdgesprekken, waar op een dag alle mystieke diepte uit is verdwenen. Plat in onze moraal, die nergens meer iets dwars en onaangepast heeft. Plat in onze manier waarop wij met het avondmaal opgaan, als was het een clubmaaltijd waarin we onze gemeenschapszin vieren, plat soms in onze leer, waardoor we de heilige huiver voor het mysterie van de drie-ene God zijn kwijtgeraakt. Altijd wil zeggen dat je als Protestant deze vragen serieus te nemen hebt.

Allen

En slotte het allen. Op een merkwaardige manier komt in het manifest ineens het geheel van de menselijke samenleving te voorschijn en de inzet voor een humanitaire orde. Dat is mij best, maar het hinkt er op een zeer merkwaardige wijze achteraan. Alsof erop het einde met schrik gedacht wordt dat het toch niet alleen om de kerk gaat. Allen, als het gaat om de katholiciteit, betekent: kerk zijn voor allen en niet ‘zoektocht naar een andere kwaliteit van globalisering’. Allen wil zeggen: kerk voor allen. Richt de kerk zich tot allen in het besef dat Christus het hoofd is van het al?

De kerk kan ook sektarisch worden als ze mentaliteitskerk wordt. Als ze zich terugtrekt in eigen kring. Als ze de Areopagus mijdt. Als ze zich vereenzelvigt met een cultuur die dan wel eens die van gisteren kan zijn. Dat is een serieuze vraag. De Protestantse Kerk als de kerk moet het ‘allen’ weer leren. Dat is wat anders dan allemansvriendje. Dat is zeker wat anders dan ‘worden zoals allen’. Dat is ook wat anders dan de kerk als eigen gestalte niet serieus nemen. Het allen is het weten dat je kerk bent voor allen, omdat Christus midden in de wereld gestorven is, en niet ergens achter een kerkelijk voorhangsel. Daarin hebben we elkaar als kerken en christenen nodig. Dat is een opdracht die alleen in gezamenlijkheid aangegaan kan worden. Juist hier liggen oecumenisch gezien de grootste uitdaging en de grootste kansen. Onze verdeeldheid heeft ons ook in eigen zuilen en later in eigen hokken gedreven. Katholiek is missionair, dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan maar wat mij betreft is er geen enkele oecumenische agenda zonder dit perspectief.

Het Oecumenisch Katholieke Appèl

Ten slotte, wat kan het Oecumenisch Katholiek Forum bijdragen aan het thema katholiciteit? Ik vind het appel zelf inhoudelijk, zoals u kunt afleiden uit de wijze waarop ik er op ingegaan ben, op zijn plaats. Wanneer het thema katholiciteit op verschillende wijzen wordt gethematiseerd en je daar een bescheiden organisatie omheen bouwt, kan dat geen kwaad. Maar moet er voor de katholiciteit een speciaal forum komen waar je lid van kan worden, je erbij aansluiten door een handtekening? Zodat we straks aangesloten leden en niet aangesloten leden hebben. Onlangs werd uit andere hoek al het idee van een Katholiek Keurmerk voorgesteld, sympathiek maar waar ik evenmin iets in zie. De goede bedoeling honoreer ik, maar nog weer een oecumenische speler op het veld vind ik geen goed idee. Kortom, met uw dagen zal ik naar vermogen meedoen, maar van uw Forum wordt ik geen lid.

Arjan Plaisier, Scriba PKN

Appel