Het is Aswoensdag geweest, de veertigdagentijd is begonnen. Op weg naar Pasen ruimt het kerkelijk jaar tijd in voor bezinning. Dus ook voor klimaatrouw: verdriet om het verdwijnen van het klimaat dat we nu kennen en de wereld die daarbij hoort. Er is reden genoeg om te rouwen over het klimaat. In het licht van Pasen èn van de kruisdood van Jezus Christus is er ook alle ruimte voor klimaatrouw.
Jeruzalem! Oord van verlangen en gebroken visioenen. Oord van hoop en vrees. Oord waar katholiciteit zich ook in al haar weerbarstigheid presenteert. Hier is het begonnen - in “Het Land” - en hier is het waar Christelijke gemeenschappen alsmaar kleiner worden in aantal, omdat gemeenteleden het toenemend als te zwaar ervaren om met de spanningen en uitdagingen te leven die dit land vandaag kenmerken. Eén procent nog is het aandeel van de Christelijke bevolking.
Die vreselijke oorlog in de Oekraïne is al bijna een jaar aan de gang. Dagelijks komen er mensen om, raken mensen verminkt of gewond, slaan op de vlucht, of komen in de kou of het donker te zitten. En dan is er nog die onvoorstelbare verwoesting, deels moedwillig veroorzaakt. Via de media worden we er voortdurend mee geconfronteerd.
Ook de kerken worden hierdoor geraakt, de Orthodoxe Kerk in het bijzonder.
De meeste Oekraïense vluchtelingen behoren immers tot de Orthodoxe Kerk. Ze zijn blij dat deze Kerk er ook in Nederland is. Dat de Patriarch van de Russisch-Orthodoxe Kerk, Kyrill, de Russische agressie steunt, wordt door vrijwel alle Orthodoxen in West-Europa, ook door diegenen die tot het Patriarchaat Moskou behoren, betreurd en in niet mis te verstane bewoordingen afgekeurd.
We zitten tegenover elkaar. Zij op bed, ik op een stoel ernaast. Tot voor kort was ze nog mobiel met haar elektrische rolstoel, nu ligt ze haast permanent op het ziekenhuisbed dat in de slaapkamer geïnstalleerd is. ’s Ochtends wilde ze nog wel eens naar de kamer rijden, maar dat is nu een vermoeiende excursie geworden. Ze heeft een ernstige ziekte. Het is begonnen toen ze goed dertig was. Ik schat haar zestig.
“Het gaat niet goed”, zegt ze, “de vraag is of mijn verjaardag nog haal. Dat is over een goed half jaar.”
Wat is het verschil tussen heiligenverering en personencultus?
Een personencultus veruitwendigt zich in een overtrokken en onredelijke dweepzucht en bewondering voor bepaalde invloedrijke personen en hun prestaties. Dit valt regelmatig filmsterren, topsporters of wereldlijke bewindvoerders te beurt. De afstand tussen deze personencultus en de heiligenverering is evenwel hemelsbreed. “Aan Cleopatra denkt men terug, tot Maria bidt men”, zo zegt het, met een boutade, de nieuwe Katechismus.
Over de opmaat van Voleinding en Advent
Een gedenkdag die bij uitstek past op de weg van de liturgie in de Herfsttijd is de viering van Allerheiligen op 1 november. De liturgie van deze dag plaatst het ‘gedenken van ‘allen die ons zijn voorgegaan’ in de bredere context van de eschatologie van de herfsttijd. Typerende kenmerken daarvan zijn het gedenken van Jeruzalem als het doel van de pelgrimerende gemeente, met daarmee verbonden de connotaties van oordeel, recht en vrede (vgl. Jes. 60). Een ander, meer persoonlijk accent van Allerheiligen is gericht op de ‘geroepen heiligen’ zelf (1 Kor. 1,21): zij hebben een leven geleid van navolging en – toen, maar zeker ook nu – het martelaarschap.1 Al die velen gekend en ongekend samen vormen de stoet die Allerheiligen viert.
Aan het slot van de 11e assemblee van de Wereldraad van Kerken in Karlsruhe werd een boodschap opgesteld die de gedachten en overwegingen weergaf van de ruim 4.000 deelnemers uit 120 landen. Een woord dat meermalen in deze boodschap voorkomt is het woord 'verzoening'. 'De liefde van Christus beweegt de wereld tot verzoening en eenheid.' (1 Joh. 4:9-11). Deze prachtige tekst lees ik vaak als ik als pastoor communie ga brengen bij iemand thuis.
Een van de grote struikelblokken in de oecumene is het verschil in kerkbegrip van katholieken en protestanten. Katholieken hebben een visie op de kerk die meer top down is, met Christus aan het hoofd, vertegenwoordigd door Zijn plaatsvervanger op aarde, terwijl protestanten de kerk meer bottom up zien: de Geest werkt in alle gelovigen, en die vormen samen een gemeenschap. Hiermee gaat samen dat voor katholieken de kerk belangrijker is dan voor protestanten, en zeker dan voor evangelicalen.
Over het gezamenlijk gebed als bron van eenheid
Sinds kort woon ik in een klooster, of eigenlijk een voormalig klooster, dat ook functioneert als verzorgingshuis: het moederhuis van de Fraters van Utrecht op de grens van Zeist en De Bilt. Behalve fraters wonen er missiezusters, monialen, emeriti-pastores en nu dus ook een emeritus predikant. Een boeiend gezelschap van vrouwen en mannen die niet alleen samen eten en koffiedrinken, maar ook proberen iets van de kloostertraditie te bewaren door samen de vespers te bidden en de eucharistie te vieren. Kerkrechtelijk mag ik aan dat laatste natuurlijk niet meedoen, maar niemand die daar een probleem van maakt: waar mensen als broeders en zusters samenleven, daar is de Heer immers in hun midden (Psalm 133)? Waarom zou dat wel gelden voor het gezamenlijk koffiedrinken en niet voor een gezamenlijke eucharistieviering?
‘Vroeger zochten mensen troost in de kerk’, zo wist het journaal onlangs te melden, ‘maar tegenwoordig kan dat niet meer. Want de kerken lopen leeg. Dus moeten mensen nu hun troost zoeken in kunst en cultuur. Daarom krijgen deze sectoren extra subsidie’.
In dat ene journaalbericht werd duidelijk dat het algemene gevoelen blijkbaar is dat (1) de kerk heeft afgedaan, en (2) de kerk niets van doen heeft met kunst en cultuur. Maar ook dat de kerk de plek zou moeten zijn, waar mensen troost moeten kunnen vinden.
Oecumenisch Forum voor Katholiciteit
p/a Oud-Katholieke Kerk van Nederland
Koningin Wilhelminalaan 3
3818 HN Amersfoort
info@forumkatholiciteit.nl of
via het contactformulier