In het septembernummer van het blad Pokrof staat een interview met pater Michel Van Parys, emeritus-abt van Chevetogne, over de actuele betekenis van de kerkvaders. Waarom zouden mensen van de 21e eeuw oude kerkvaders lezen uit de eerste eeuwen van de kerk? Van Parys noemt een aantal redenen:
In de Vrijgemaakt-Gereformeerde Kerken wordt momenteel druk overlegd over de vraag of de kerkelijke ambten opengesteld dienen te worden voor vrouwen. Prof. Barend Kamphuis, sind kort lid van onze stuurgroep, en Marinus de Jong, theologisch student aan de Theologische Universiteit Kampen, hebben zich in de discussie gemengd met een interessant arikel in het Nederlands Dagblad van 3 oktober j.l. Daarin vragen zij aandacht voor het katholieke aspect van deze zaak, door hun kerk eraan te herinneren dat zij onderdeel is van de kerk van alle tijden en alle plaatsen. En dat het daarom haar plicht is niet op eigen houtje een dergelijke vergaande beslissing te nemen, maar eerst te luisteren naar andere kerken. ‘Wij zijn niet alléén christenen. De hele kerk leest de Schrift. De Geest werkt in de kerk over de hele wereld. Dat is het luisteren waard’.
Wie denkt dat het thema katholiciteit alleen maar aan de orde komt in ‘katholiserende’ kringen vergist zich: ook in degelijke protestantse kringen wordt de laatste tijd steeds vaker aandacht gevraagd voor het katholiek karakter van de kerk. Zo zei prof. Gijsbert van den Brink in zijn toespraak op de Nationale Synode, gehouden op 25 en 26 oktober j.l., dat hij en zijn collega Kees van der Kooi in hun vorig jaar verschenen Christelijke Dogmatiek bewust niet hebben ingezet bij de de gereformeerde geloofstraditie, maar bij de algemeen christelijke, zoals die haar neerslag gevonden heeft in de trinitarisch-oecumenische belijdenis van NiceaConstantinopel. Verder herinnerde hij eraan dat het juist in onze postmoderne cultuur belangrijk is op te komen voor de kerk als instituut en in het verlengde daarvan voor concrete zichtbare eenheid - een typisch gereformeerd-katholieke stelling.
Op de jongste ontmoetingsdag werd naar aanleiding van een passage in The Church (par.15) de vraag gesteld of het geen tijd wordt om in de PKN een gedenkdag in te stellen voor Maria, de Moeder des Heren, van wie alle christenen in het Magnificat zingen dat alle geslachten haar zalig zullen prijzen, omdat de Almachtige grote dingen aan haar gedaan heeft (Lucas 1: 48).
Op 14 mei werd tijdens een symposium aan de VU een opmerkelijk boek gepresenteerd: Hun God de mijne? Over de God van Gerrit Achterberg, Hendrik Marsman, Martinus Nijhoff en Ida Gerhardt, geschreven door dr. Martien Brinkman, hoogleraar oecumenische/interculturele theologie. Van de vier daar gehouden inleidingen wil ik er één uitlichten: die van drs Gerda van de Haar, redacteur van het literair tijdschrift Liter. Op het spoor gezet door Brinkman legde zij namelijk een buitengewoon boeiend verband tussen de dichter Nijhoff en het thema katholiciteit. Dat is verrassend, omdat Nijhoff – indien al christelijk – meestal als (vrijzinnig)
protestant beschouwd wordt, steevast met een verwijzing naar zijn beroemde gedicht De moeder de vrouw (‘Ik ging naar Bommel om de brug te zien…’) en het gegeven dat Nijhoffs moeder heilssoldate was. Van de Haar: ‘Het werk van Nijhoff is nogal eens tegen die protestantse achtergrond beschreven, met een psalmenzingende moederfiguur en met een heilssoldate die ook iets met de biografische moeder te maken heeft’.
In het Nederlands Dagblad van 18 januari stond een column van mgr Gerard de Korte, getiteld Lichaam van Christus. Het ging over een TV-gesprek tussen Antoine Bodar en Huub Oosterhuis.
De scriba van de Protestantse Kerk in Nederland, dr. Arjan Plaisier, heeft in april als onderdeel van een bezinningsproces aangaande het ambt zeven brieven over het ambt geschreven, onder meer aan de predikanten, de ouderlingen en de diakenen. Bijzonder is dat de zesde brief gericht is aan de Nederlandse (rooms-katholieke) bisschoppen.
‘De kerk is van alle tijden en alle plaatsen. De kerk wil zijn daar waar de mensen zijn, vandaar deze PKN-internetkerk’, aldus scriba Arjan Plaisier bij de start (of moet ik schrijven: de stichting?) van Mijnkerk.nl op dinsdag 15 oktober j.l. in de EO-kapel te Hilversum. Het was fascinerend om te zien hoe ds Fred Omvlé verbonden werd aan…ja, waaraan eigenlijk?
Het leek verdacht veel op wat het Dienstboek van de PKN noemt een verbintenis: de internetdominee kreeg een witte stola omgehangen voorzien van de logo’s van Twitter en Facebook, hij ontving de zegen van Sint Patrick, er werd uit de Bijbel gelezen (Psalm 23), er was een videopreek van drie minuten, er klonk gezang (‘Hier ben ik veilig, hier ben ik sterk, hier ben ik heilig, dit is mijn kerk’) en er werd gebeden (ingezameld via Twitter).
In feite gaat het in het bovenstaande over gereformeerde katholiciteit: het besef dat de gereformeerde traditie ‘slechts een moment is in de traditie van de Catholica’ (Van Ruler) en dat je als gereformeerd c.q. hervormd christen dus altijd de ene heilige katholieke en apostolische Kerk van Christus in het oog (en in het hart!) behoort te houden. Dat besef proefde ik heel sterk in het onlangs verschenen boek Verscheurd verlangen. De uitblijvende eenheid van de gereformeerde gezindte, onder redactie van drs I.A. Kole (Labarum Academic 2013), verschenen ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van het Contact Orgaan van de Gereformeerde Gezindte (COGG). Daarin reageren vier auteurs uit respectievelijk de Gereformeerde Gemeente, de Christelijk Gereformeerde Kerk, de Vrijgemaakt Gereformeerde Kerk en de PKN op een lezing van de hervormde Ds G. Boer, gehouden op de eerste conferentie van het GOGG in 1964. Daarin klinken uiteraard klassiek-gereformeerde geluiden door, zoals de nadruk op de prediking en de belijdenis, maar ook voluit katholieke geluiden, zoals de volgende markante zin:
Het zal inmiddels al wel bekend zijn: de Lutherse Wereldfederatie en de Rooms-Katholieke Kerk gaan in 2017, 500 jaar nadat Luther zijn 95 stellingen aansloeg, samen de Reformatie herdenken. In een verklaring, getiteld Van conflict tot gemeenschap, stelt een gezamenlijke luthers-roomskatholieke commissie dat beide kerken eerlijk schuld moeten belijden voor het verbreken van de eenheid van de kerk. Het document bestaat uit drie delen. In het eerste deel wordt dankbaarheid uitgesproken over de oecumenische vooruitgang die in de voorbije vijftig jaar werd gemaakt. We hebben ontdekt dat wat ons bindt meer is dan wat ons scheidt.
Oecumenisch Forum voor Katholiciteit
p/a Oud-Katholieke Kerk van Nederland
Koningin Wilhelminalaan 3
3818 HN Amersfoort
info@forumkatholiciteit.nl of
via het contactformulier