foto column april 2023Het begin van de paaswake in de katholieke liturgie is vol van symboliek. In de kerk is het donker; allen wachten. Er is een vuur dat gezegend wordt, waaraan de paaskaars ontstoken wordt. De paaskaars wordt gezegend en wordt binnen gedragen en drie maal klinkt “Licht van Christus”, dat allen beantwoorden met “Heer, wij danken U”. Het licht van de paaskaars wordt aan iedereen doorgegeven. En als allen dan een brandend kaarsje in de hand hebben en de kerk verlicht wordt door een zee van lichtjes, klinkt de paasjubelzang: “Laat juichen heel het hemelkoor van engelen”. De nu gangbare tekst[1] is een korte vorm van de oude lichthymne ‘Exsultet’ uit 4e of 5e eeuw. Het is een tekst om bij stil te staan.

 

In de paasjubel worden hemel en aarde betrokken: eerst “het hemelkoor van engelen”, dan “de aarde”, dan de kerk ter plaatse en wereldwijd, “onze eigen tempel” en “heel het koor van Gods gemeente”. De hele paasjubelzang heeft het karakter van een dialoog en er zijn verschillende personen die aangesproken worden. Aan het begin worden de hemel, de aarde en de kerk uitgenodigd om God te loven en het lied eindigt als een lof- en smeekgebed tot God. Het omslagpunt daartussen wordt gevormd door de dialoog tussen diaken en volk. De tekst van deze dialoog is dezelfde als die van de dialoog tussen priester en volk aan het begin van het eucharistisch gebed.

De dialoog begint ermee dat diaken en gemeente elkaar de nabijheid van de Heer toewensen en dat ze zich innerlijk - met hun “hart”- richten op de Heer. Maar dan wordt subtiel een overgang gemaakt van een dialoog tussen diaken en gemeente naar een “wij” dat elkaar stimuleert om samen dankbaar te zijn jegens de Heer en gezamenlijk in dialoog te zijn met de Heer.

Het is daarna alleen de diaken die vervolgt met “Ja, Gij zijt onze dankbaarheid waardig”, maar hij zingt als stem van het collectieve “wij” dat zich samen in dankbaarheid richt op de Heer. De “overwinning” waarvan in de eerste zinnen al sprake was, wordt nu concreet benoemd: “Met hart en ziel zingen wij U lof om Jezus Christus, uw Zoon, wiens bloed ons vrijheid en vergeving heeft gebracht.” Direct wordt dit verbonden met beeldtaal ontleend aan het Oude Testament: “Hij is het paaslam dat tot redding van Gods volk in deze nacht voor ons geofferd wordt”.

“In deze nacht” – die woorden zullen in dit lied vaker terugkomen: “in deze nacht trekt Israël uit Egypte”; “in deze nacht wijst een stralend licht ons de weg”; “in deze nacht heeft Jezus Christus de ketenen van de dood verbroken”. De liturgie wordt gevierd in het heden waarin de Exodus en de nacht van de verrijzenis en onze paasnacht samen vallen. Het is het heden waarin God “ons lot ten goede heeft gekeerd. Dit is de heilige nacht waarin duisternis wijkt en zonde wordt vergeven, vreugde komt voor droefheid, een gelukkige nacht, waarin God en mensen elkander vinden.” Zoals Israël viert op de avond van de uittocht uit Egypte, zo viert de Kerk in de nacht Pasen. De ervaring dat God “alle duisternis verdrijft”, stemt tot dankbaarheid: “Hoe goed zijt Gij, Heer God, hoezeer hebt Gij ons liefgehad”. Wie in de duisternis ziet dat Gods licht overwint, mag hoop hebben.

En dan gaat de jubel over in een smeekgebed. In de eerste plaats wordt God gevraagd of Hij dit loflied wil aanvaarden en vervolgens of het licht van Pasen bij ons moge blijven “morgen en alle dagen, in alles wat wij doen, in heel ons leven.” Verleden en heden waren al verbonden “in deze nacht” en nu wordt aan God gevraagd of Hij dit licht ook in de toekomst over ons wil laten schijnen: “Laat het zijn als de verrezen Christus, de morgenster, die eens verrezen, nu nimmermeer zal ondergaan.” Met een vergelijkbare bede waarin heden en toekomst verbonden worden, sluit het lied af: “Laat de vreugde van dit paasfeest voor ons een blijvende vreugde zijn door Jezus Christus, uw Zoon, onze Heer.”

De liturgie nodigt ons uit om deel te worden van de biddende gemeenschap die in de nacht Gods heil en licht gedenkt en ervaart en God daarvoor dankt. Graag wens ik u toe dat het licht van Pasen ook over u mag stralen!

[1] Ik citeer uit de ‘Paasjubelzang in korte vorm’ van het Rooms-Katholieke Altaarmissaal, die ook opgenomen is in het Dienstboek van de Protestantse Kerk in Nederland.

Wim van den Dool, r.-k. diaken

Foto: Wikemedia Commons: Vigile pascale 2005 Chartres - Exultet, Laurent Jerry