Die vreselijke oorlog in de Oekraïne is al bijna een jaar aan de gang. Dagelijks komen er mensen om, raken mensen verminkt of gewond, slaan op de vlucht, of komen in de kou of het donker te zitten. En dan is er nog die onvoorstelbare verwoesting, deels moedwillig veroorzaakt. Via de media worden we er voortdurend mee geconfronteerd.
Ook de kerken worden hierdoor geraakt, de Orthodoxe Kerk in het bijzonder.
De meeste Oekraïense vluchtelingen behoren immers tot de Orthodoxe Kerk. Ze zijn blij dat deze Kerk er ook in Nederland is. Dat de Patriarch van de Russisch-Orthodoxe Kerk, Kyrill, de Russische agressie steunt, wordt door vrijwel alle Orthodoxen in West-Europa, ook door diegenen die tot het Patriarchaat Moskou behoren, betreurd en in niet mis te verstane bewoordingen afgekeurd.
De breuk tussen Rusland en de Oekraïne die door deze oorlog is veroorzaakt, is echter niet absoluut. Veel Russen hebben in de Oekraïne gestudeerd of gewerkt, en omgekeerd gaat dat ook op voor veel Oekraïners. Daar zijn de nodige vriendschappen en huwelijken uit ontstaan, en die zullen, God zij dank, ook deze oorlog overleven.
Juist hier in West-Europa mogen wij ons verheugen dat in onze orthodoxe kerken Russen en Oekraïners samenkomen om de Goddelijke Liturgie, de Eucharistieviering, te vieren. Van meet af aan hebben de Russen in onze parochies de Oekraïners welkom geheten en zoveel mogelijk geholpen. Onze Oekraïense broeders en zusters voelen zich er dan ook thuis. Enkele van hen, die in de Oekraïne lid zijn van een kerkkoor, hebben zich beijverd om te leren hoe je Nederlandse woorden uitspreekt, en zijn onze koren komen versterken. Een paar jongens die thuis gewend waren de priester bij de diensten te helpen, doen dat hier nu ook. We zijn blij met hun steun, al kunnen we niet vergeten wat de reden is waarom ze hier zijn. We blijven met hen bidden dat er spoedig vrede moge komen in de Oekraïne.
Aartspriester Theodoor van der Voort
Afbeelding: Christus Pantokrator uit het Catharinaklooster op de berg Sinaï