In de vorige Nieuwsbrief (Pinksteren 2015) kwam al even de nota Kerk 2025 ter sprake, waarin Dr Arjan Plaisier, de scriba van de synode, voorstelt het bisschopsambt in te voeren in de PKN – al wordt het woord ‘bisschop’ angstvallig vermeden. Inmiddels zijn we een half jaar verder en het ziet ernaar uit dat de bisschop er komt. Dat is een opmerkelijk gegeven, temeer daar de laatste tijd ook in ander verband gepleit wordt voor invoering van het bisschopambt – vaak vanwege ‘de nood der tijden.’
Zo zei Dr Bert de Leede in een interview met het ND van 13 juni bij zijn afscheid als docent praktische theologie aan de PthU, dat er ‘een nieuw soort dominee’ nodig is: een theologisch en spiritueel sterke persoonlijkheid, die iets van een apostel heeft en van een non-conformist: iemand met een onafhankelijke geest, zowel ten opzichte van de maatschappij als ten opzichte van zijn kerkelijke gemeente. En boven die sterke persoonlijkheid moet dan een ‘bisschopachtige figuur’ staan: ’iemand die meeleeft met predikanten, hen aanmoedigt en begeleidt, maar ook op hen toeziet en eventueel zelfs doorzettingsmacht over hem uitoefent’.
De Leede tekent daarbij aan dat deze opziener geen solist is, maar handelt in samenspraak met collega-opzieners. Volgens hem loopt de jongste generatie predikanten die hij heeft opgeleid wel warm voor deze tweeledige oplossing: ‘ze zien het nut in van steun en leiding door de bovenplaatselijke kerk.’
Eind augustus nam ook Dr Leo Koffeman afscheid als docent kerkrecht en oecumenica aan de PthU met een afscheidscollge, getiteld ‘Moet kunnen? Over de ruimte voor wijziging van de kerkorde’. Aan het slot van zijn betoog pleit hij ervoor niet vast te blijven zitten in de vanzelfsprekendheden van het presbyteriaal-synodale stelsel. Onder het hoofd ‘Episkopé’ verwijst hij dan naar de scenario’s die in het rapport Kerk-2015 genoemd worden om de stroperigheid van dat systeem te doorbreken. Die zijn verschillend al naar gelang hun inbedding in de kerkelijke structuur, maar ze hebben gemeen dat een grotere bevoegdheid gelegd wordt bij personen. ‘Ik heb het niet bedacht, maar als je het mij vraagt wijst hier alles in de richting van een bisschop die ingekaderd is in een meer collegiale structuur. Let wel, ik heb het dan dus over een eigen protestantse vormgeving van het episcopaat, niet over een kopie van de roomskatholieke bisschop die we kennen.’ Maar tegelijk moet gezegd worden, aldus Koffeman, dat de ‘bevoegde ambtsdrager’ zoals die in Kerk 2025 in beeld komt op een aantal punten veel lijkt op het profiel van de bisschop zoals dat vandaag de dag in veel oecumenische dialogen naar voren komt. ‘En als het eruit ziet als een bisschop en klinkt als een bisschop, waarom zouden we het dan ook maar niet gewoon bisschop noemen?’
Inmiddels heeft de synode in zijn vergadering van vrijdag 13 november unaniem besloten dat deze bisschoppelijke figuur er gaat komen. Alle grote dagbladen schreven erover. Voor Trouw was het zelfs voorpaginanieuws. De vraag is echter of wij nu blij moeten zijn met dit besluit. Ik aarzel. Als het de kant uitgaat van een manager-bestuurder, gefabriceerd naar eigen protestants model ben ik er tegen. Dan liever een voluit presbyteriaal-synodale kerk. Als het een bisschop gaat worden naar oecumenisch-katholiek model ben ik er voor. Want een bisschop die aan de kerk van Christus een persoonlijk gezicht geeft, ingebed is in collegiale overlegstructuren en gekozen is door de gemeente kan een zegen zijn voor de kerk - en misschien ook wel voor de samenleving. Naar zulke bisschoppen wordt reikhalzend uitgezien!