Lezing gehouden op de forumdag van het Oecumenisch Forum voor Katholiciteit op zaterdag 25 november 2017 te Utrecht door Prof. Dr. Wolfgang Thönissen, Paderborn
Na de vroegtijdige veroordeling van Maarten Luther door de Kerk gold hij niet langer als katholiek. In de ogen van de Kerk bleef Luther door de eeuwen heen een ketter en scheurmaker.
Pas aan het einde van de 19e eeuw begonnen katholieke theologen met een voorzichtige toenadering tot de persoon Luther. Door zorgvuldige historische arbeid slaagden katholieke onderzoekers er in, zich te bevrijden van de gangbare eenzijdige benadering van de reformator en zijn werk.
Deze nieuwe interesse voor de geschiedenis van de Reformatie legde de grondslag voor het katholieke Luther-onderzoek in de 20e eeuw. Van invloed hierop waren Johann Adam Möhlers “Symbolik” (1832) en Ignaz Franz Döllingers “Die Reformation” (1846-48). Beide kerkhistorici maakten de weg vrij voor een objectieve uiteenzetting met de theologische argumenten van de Reformatoren, die het midden hield tussen polemiek en het zoeken naar overeenstemming.
Reactie Dr. D. Akerboom op het referaat van Prof.Dr. Thönissen over "De katholieke Luther"